Trassi: de smaakmaker uit Indonesië

Trassi, ook wel bekend als terasi, kapi of belacan, is een gefermenteerde garnalenpasta die veel wordt gebruikt in de Indonesische keuken. Het wordt gemaakt van kleine garnalen of kreeftjes die worden fijngemalen, gezouten en gefermenteerd. Het resultaat is een stevige, donkere pasta met een sterke geur en smaak.

De smaak van trassi is uniek en lastig onder woorden te brengen. Het is een beetje te vergelijken met vissaus of ansjovis, maar dan voller en nog sterker van smaak. Het past goed bij gerechten zoals bami en nasi, maar je kan er ook sambal net iets smaakvoller mee maken.

Je hoort de termen 'trassi' en 'garnalenpasta' vaak door elkaar gebruikt worden, maar zijn ze echt hetzelfde? Niet helemaal, maar ze lijken wel veel op elkaar.

Trassi is een specifiek type garnalenpasta dat wordt gebruikt in de Indonesische keuken. De pasta wordt gemaakt van gefermenteerde en gedroogde garnalen. Garnalenpasta is een bredere term die kan verwijzen naar verschillende soorten pasta's gemaakt van garnalen, zoals de Chinese 'haa cheong' of de Thaise 'kapi'. Deze smaken net iets anders en kunnen een andere textuur hebben dan trassi, maar worden op vergelijkbare manieren gebruikt in de keuken.

Gebruik trassi met mate. Het heeft een sterke smaak, dus je hebt maar een klein beetje nodig. Begin bijvoorbeeld met een theelepel en voeg meer toe naar smaak. Het is lekker om trassi eerst even te roosteren in een droge pan, voordat je er bijvoorbeeld ui en andere ingrediënten bijdoet. Op deze manier komt de smaak beter tot zijn recht. Daarnaast is het belangrijk om trassi goed te mengen met de andere ingrediënten zodat de smaak goed wordt verspreid door het hele gerecht.

Trassi is een veelzijdig ingrediënt dat in veel verschillende gerechten kan worden gebruikt. Hieronder een paar ideeën opgesomd:

Sambal
Een van de meest bekende toepassingen van trassi is in sambal. Sambal trassi is een pittige chilipasta die vaak wordt gebruikt als smaakmaker of dipsaus. Je kunt het maken door trassi te roosteren en te mengen met chilipepers, knoflook, limoen en andere kruiden.

Nasi en bami
In veel nasi en bami gerecht wordt een klein beetje trassi gebruikt om de smaak wat intenser te maken. Ook bij deze gerechten is het lekker om eerst de trassi een beetje aan te bakken en daarna de groenten erbij te doen.

Groentegerechten
Trassi kan groentegerechten een echte boost geven. Probeer het eens met roergebakken sperziebonen of bij gestoofde spinazie. Een klein beetje trassi geeft de meest simpele groenten in één keer veel meer smaak.

Curries en stoofschotels
In veel Indonesische curries en stoofschotels wordt trassi gebruikt als smaakmaker. Het geeft een diepe en krachtige smaak aan de saus.

Trassi is een fascinerend ingrediënt dat je kookkunsten naar een hoger niveau kan tillen. Met zijn unieke en hartige smaak kan het zelfs de eenvoudigste gerechten transformeren tot iets bijzonders!

In kleine hoeveelheden kan trassi zeker bijdragen aan een gezond voedingspatroon. Het zit vol eiwitten, mineralen, probiotica en vitamine B12. Hierdoor is het een product dat help bij de opbouw en herstel van spieren, zorgt het voor sterke botten en bijdraagt een gezonde darmflora.

Het is wel belangrijk om te weten dat trassi veel zout bevat. Als je op je zoutinname moet letten, gebruik trassi dan met mate. Gelukkig heb je maar weinig nodig om je gerecht veel smaak te geven!