Gebakken varkensfiletlapjes met appel, gestampte spruiten en geroosterde kikkererwten

Verwarm de oven voor op 180 °C. Doe de kikkererwten in een vergiet, spoel af onder koud stromend water en laat uitlekken. Meng de kikkererwten met de helft van de olie en het paprikapoeder. Verdeel over een met bakpapier beklede bakplaat.

Verwijder het klokhuis van de appels met een appelboor. Snijd de appels in plakken van ca. 1 cm. Leg ze bij de kikkererwten op de bakplaat en rooster ca. 20 min. in het midden van de oven.

Kneus het mosterdzaad en de peperkorrels in de vijzel. Dep de varkensfiletlapjes droog met keukenpapier. Bestrooi met de specerijen en eventueel zout, druk aan zodat ze goed blijven zitten.

Verhit de rest van de olie in een koekenpan en bak het vlees ca. 10 min. op middelhoog vuur. Keer halverwege.

Ris ondertussen de blaadjes van de takjes rozemarijn en snijd ze fijn. Breng de spruiten aan de kook met het water en rozemarijn en laat 5 min. koken op middelhoog vuur met een deksel op de pan.

Laat de ansjovisfilets uitlekken en snijd ze fijn. Voeg toe aan de spruiten en stamp samen met een pureestamper tot een grove puree.

Serveer de spruitenpuree met de gebakken varkensfilets. Verdeel de appelplakken en geroosterde kikkererwten erover.